Burgerschap in de prestatiemaatschappij
Onze samenleving is de afgelopen twee eeuwen, en in het bijzonder de laatste vijftig jaar, steeds meritocratischer geworden: sociale afkomst is steeds minder bepalend geworden voor de maatschappelijke positie van burgers, terwijl opleiding en andere persoonlijke verdiensten een steeds grotere rol spelen. Hoewel er van een volledige meritocratie voorlopig nog geen sprake is, is het toch van groot belang om alom gewenste ontwikkeling kritisch te bezien. De ontwikkeling van een samenleving waarin afkomst bepalend is voor maatschappelijke positie, naar een meritocratie is in onze samenleving onomstreden. Het is rechtvaardiger wanneer ieder gelijke kansen op maatschappelijk succes heeft, en het is doelmatiger wanneer geen talent door gebrek aan kansen verloren gaat.
Naarmate de meritocratie meer realiteit wordt, worden ook de dilemma’s en schaduwzijden ervan meer zichtbaar, zoals verharding van sociale ongelijkheid, afnemend respect voor de onderklasse en onbegrensde zelfverrijking van de top zichtbaarder. Wat geldt eigenlijk als verdienste (merites), op basis waarvan? Hoe meten we verdienste? In hoeverre vergroot en verhardt meritocratie de sociale ongelijkheid? Gelijke kansen leiden immers niet tot gelijke uitkomsten. De meritocratie kent enkele winnaars en vele verliezers. Waaraan kunnen verliezers het zelfrespect en zelfvertrouwen ontlenen om zich in het publiek debat te roeren? Zijn er pluriformere opvattingen van verdienste wenselijk, die niet alleen van succes op school zijn afgeleid?
Het onderzoek op dit terrein moet bijdragen aan een debat over de vraag hoe die nadelen bestreden kunnen worden, en over de vraag wat voor politiek ten aanzien van sociale gelijkheid en rechtvaardigheid wenselijk en mogelijk is wanneer gelijke kansen grotendeels of geheel gerealiseerd zijn.
Lopende projecten
Levensverhalen over werk. Een onderzoek naar de stap van dagbesteding naar (beschut) werk.
vanuit het verleden doorwerken naar het heden en het perspectief op de toekomst. Daarvoor nemen we de levensverhalen van deelnemers aan het ‘Stap voor Stap’ programma als vertrekpunt. Mogelijk maakt opgroeien in
armoede bijvoorbeeld uit voor hoeveel waarde iemand hecht aan de hoogte van het salaris in een toekomstige baan. Aandacht voor het levensverhaal stelt ons in staat om beter te begrijpen waarom deelnemers de stap naar (beschut) werk wel of niet (duurzaam) zetten.
Het onderzoek kent een longitudinaal, kwalitatief design met narratieve analyse als methodiek. Op drie momenten worden interviews gehouden met 45 deelnemers van het ‘Stap voor Stap’ programma: voorafgaand aan de (mogelijke) stap naar werk, en twee keer daarna, over hun ervaringen met (pogingen tot) het maken van de overstap naar (beschut) werk. Afsluitend organiseren wij 6 focusgroepen met mensen uit de sociale omgeving en institutionele context van deelnemers over hun perspectief op het transitieproces.
PhD projecten
‘I really want to work, but who cares?’ Preparing adolescents with a need for support on participation in work
Maritza Gerritsen
This study aims to understand school-to-work transitions of adolescents with a need for professional support in ameritocratic society. How can the execution of local policy regarding participation, support the school-to-work transition of ANPS in a meritocratic society? What do ANPS expect of future work participation in a meritocratic society? How do these expectations develop during their transition phase?’
‘The main aim of this research was to evaluate the feasibility of implementing FGDM in the rehabilitation medicine setting through 1) evaluation of both the effectiveness of FGDM interventions in adult health care and welfare as well as understanding the necessary conditions for implementation; 2) Evaluation of the effectiveness and the implementation of an outcome-based approach of FGDM in rehabilitation practice; 3) Understand the participants’ perspectives on social support needs and experienced burden throughout the rehabilitation trajectory of care.’
Afgeronde projecten
Publicaties
Swierstra, T. en E. Tonkens (2017) De lokale respectsamenleving. In: H.P. Benschop (red.) Nieuwe tegenstellingen. Wat doen we ermee? Amsterdam: Boom, pp. 23-49
Elshout, J, E. Tonkens en T. Swierstra, (2016) Meritocratie als aanslag op het zelfrespect van ‘verliezers’, in: P. de Beer, Meritocratie: op weg naar een nieuwe klassensamenleving? Amsterdam: Amsterdam University Press
Swierstra, T. en Tonkens, E. (2013) ‘De schaduwzijde van de meritocratie. De respectsamenleving als ideaal’. In: M. Hurenkamp, A. Nierop & M. Sie Dhian Ho (red.), Tegenwicht. Waarom waarden er toe doen. Amsterdam: Van Gennep, pp. 200-210
Kampen, T., Elshout, J. & Tonkens, E. (2013) The Fragility of Self-Respect. Emotional Labour of Workfare Volunteering. Social Policy and Society, 12(03), pp. 427-438
Tonkens, E. en T. Swierstra (2012) ‘De schaduwzijde van de meritocratie. De respectsamenleving als ideaal’. Socialisme & Democratie, 68, 7-8
Tonkens, E. (2011) De noodzaak van een democratisch debat over verdienste in een meritocratie, Beleid en Maatschappij, (38) 1, 106-111
Swierstra, T. en E. Tonkens (red.) (2008) De beste de baas? Prestatie, respect en solidariteit in een meritocratie Amsterdam: Amsterdam University Press
Swierstra, T. en E. Tonkens (2006) ‘Meritocratie en de erosie van zelfrespect’. Krisis, tijdschrift voor filosofie, (7) nr.3, 3 -23
Tonkens, E. & T. Swierstra (2005) ‘Meritocratie versus zelfrespect: de prijs van gelijke kansen,’ Pedagogiek, (25)2, 83-88